Zonder overlast verliest de vluchteling zijn grimmige status. Dít is de zondebok die de formerende partijen met elkaar verbindt. Pak ze die zondebok af en je ziet de onoverbrugbare verschillen.
Deze week behandelde de Eerste Kamer de veelbesproken Spreidingswet. Hoewel er nog gestemd moet worden, liet de VVD fractie in de Eerste Kamer weten vóór te zullen stemmen. De wet komt er dus door. Zo lijkt het. Nog even ter herinnering, dit is waar het kabinet Rutte IV om gevallen is. Yeşilgöz voerde er campagne mee. Een zorgvuldig georkestreerde crisis die het de VVD mogelijk maakte het kabinet te laten vallen: Spreiding van de opvang tegenhouden zodat vluchtelingen buiten of op stoeltjes moeten slapen. Want dat maakt mooie lelijke plaatjes, waar mensen bang van worden. ‘Help! We worden overspoeld door vluchtelingen!’ Bij de VVD geloven ze heilig in beeldvorming en ja, het heeft gewerkt. Alleen ging niet Yeşilgöz er met de verkiezingswinst vandoor, maar Wilders.
Een merkwaardige zet leek het, dat Yeşilgöz in de Tweede Kamer alsnog probeerde tegen te houden dat de spreidingswet naar de Eerste Kamer zou gaan, terwijl die Kamer de wet al had goedgekeurd. De formerende partijen vormden een eensgezind blok: De wet mocht er niet komen.
De Eerste Kamer bepaalt echter de eigen agenda en Yeşilgöz kon dan ook niet voorkomen dat haar partijleden in de senaat de wet zouden goedkeuren. Senator Edith Schippers, haar partijgenoot, verzachtte de pijn enigszins door te stellen dat de VVD er ‘vertrouwen in heeft dat de fractie in de Tweede Kamer iets aan de instroom zal doen’. Bovendien beoordeelt de VVD fractie in de Eerste Kamer wetten niet langs de politieke lijn van de eigen partij, maar gaat het ‘over de beoordeling van de wet op haalbaarheid, en of het doet wat het moet doen‘.
De spreidingswet komt er wel/niet
Waar gaat de spreidingswet eigenlijk om? (klap uit)
Kortgezegd gaat de spreidingswet niet om een asielstop, zoals Wilders suggereert. De spreidingswet gaat wél over een behoorlijke opvang van asielzoekers die hier al zijn of nog komen vanwege afspraken in internationale verdragen. Bijvoorbeeld door weigergemeenten in andere delen van Nederland te dwingen om asielzoekers op te vangen. Dus niet instroom, maar behoorlijke behandeling van allen die zich in Nederland bevinden (artikel 1 van de Grondwet inderdaad) en de leefbaarheid in een Nederlandse regio: Om de Groningers (blijkbaar geen Nederlanders voor Wilders) en de asielzoekers die daar geen behoorlijke opvang meer kunnen krijgen. Een asielstop vraagt om een heel andere soort wetgeving en het losmaken van internationale verdragen. Om te voorkomen dat hier nog asielzoekers komen, is vermoedelijk alleen een Nexit de oplossing.
De spreidingswet komt er dus en dat zet de formatie op scherp. Of de wet komt er niet, want Wilders is boos. “Een groot probleem, dat echt moet worden opgelost. Mijn partij wil die wet echt niet,” zei hij. Het chagrijn was van zijn gezicht af te lezen. Mét spreidingswet geen Wilders I of het wordt zo’n bumpy ride, dat alle deelnemende partijen zich op elkaar stuklopen.
Wilders begrijpt dat. Er was hem dan ook alles aan gelegen om die wet tegen te houden. Hij schuwde er zelfs niet voor de Eerste Kamer vlak vóór hun beslissing extra onder druk te zetten. De wet mag er wat Wilders betreft hoe dan ook niet komen. De komende dagen zal de klemmende oproep aan de VVD om alsnog tegen te stemmen dan ook heus wel op de formatietafel liggen.
Waarom? Omdat de opvangcrisis kostte wat het kost moet voortduren. De overlast moet blijven bestaan. Mooie lelijke plaatjes opleveren. Zonder lelijke plaatjes en zonder overlast verliest de vluchteling zijn grimmige status. Dít is de zondebok die de formerende partijen met elkaar verbindt. Pak ze die zondebok af en je ziet alleen nog onoverbrugbare verschillen. Dan moeten de partijen het hebben over de echte problemen: arbeidsmigratie, de economie, de zorg, het onderwijs en ja, de klimaatcrisis. Je ziet waar het stukloopt. Omtzigt wil geen mot met Europa dus verdragen moeten worden nageleefd (dus wel vluchtelingen), Van der Plas wil alleen het Ministerie van Landbouw en alles voor de boeren (dus wél arbeidsmigranten en geen klimaatmaatregelen) en Yeşilgöz? De VVD gedoogt, maar dan alleen in de Tweede Kamer en daar heb je – zoals bleek met de spreidingswet – nou net weer niets aan als je Wilders bent.
De migratiemythe
“De afgelopen tien jaar was slechts dertien procent van de migranten vluchteling. Dat is minder dan één op de zeven. Het zijn koopkrachtige expats en internationale studenten die in de grote steden en daarbuiten Nederlanders uit de beschikbare woonruimte hebben geperst. Niet dat handjevol vluchtelingen dat daar tijdens de verkiezingscampagne keer op keer de schuld van kreeg.” Ewald Engelen in de Groene Amsterdammer
‘Echte problemen’ worden niet veroorzaakt door vluchtelingen, maar door slecht beleid (klap uit)
Een simpel voorbeeld over zo’n ‘echt probleem’ volstaat: De Gemeente Almere is één van die gemeenten die niet voldoet aan het quotum voor de opvang van asielzoekers. Geen woningen, zogenaamd. In Almere kunnen door versnelde besluitvorming echter wel 500 extra arbeidsmigranten huisvesting krijgen, gaat de helft van alle koopwoningen naar arbeidsmigranten en blijft het bouwen van sociale huurwoningen al jaren achter. Waarom? Daar heeft de gemeenteraad geen goed antwoord op. Zoals de VN onlangs constateerde: De woningnood wordt niet veroorzaakt door vluchtelingen, maar door slecht beleid.
Het is nogal een open deur, maar als de formatie van een nieuw kabinet in hoofdzaak draait om het oplossen van een migratiecrisis en die is er niet, dan valt er weinig te formeren. Dat is het punt. Of we in Nederland een migratieprobleem hebben, is een kwestie van perspectief. Komen er veel migranten naar Nederland? Wat is veel? En wat is teveel? It depends. Het is maar hoe je het bekijkt. Het idee dat Nederland overspoeld wordt door asielzoekers klopt in ieder geval niet met de werkelijkheid. Het gaat vooral om expats en arbeidsmigranten.
Of er teveel migranten naar Nederland komen, is een discussie die je zou kunnen (of nee, moeten) voeren. Maar dat heeft niet zoveel te maken met de migratiecrisis zoals die door de VVD gecreëerd is. Dat zou gaan om asielzoekers die ons zo massaal zouden overspoelen, dat we geen andere keuze zouden hebben dan ze op een stoeltje of in het gras te laten slapen. Onwil, geen onmacht, schreven alle Groningse burgemeesters vorige week tezamen in hun brandbrief aan Minister Yeşilgöz. Zij schreven dat de asielcrisis willens en wetens in stand wordt gehouden ‘door Den Haag en andere gemeenten’. Andere gemeenten hadden zich al bereid getoond te helpen, maar wachtten nog op besluitvorming van de overheid. Het was een heel bewuste keuze om die crisis te creëren en te laten voortbestaan. Mooie lelijke plaatjes. Want het kabinet Rutte IV was eigenlijk al gevallen over stikstof. Rutte was het CDA gewoon voor, door de stekker er net wat eerder uit te trekken en van die migratiecrisis het verkiezingsthema te maken.
Dit is de kern van de situatie waar we nu in zitten: het is bewust veroorzaakt. Omwille van de VVD. En daarom heet het migratiemythe.
Het ontrafelen van de migratiemythe ligt overigens buiten het bereik van dit stuk en is ook al heel goed gedaan (zie video 👈 of hier in een behapbaar radio-interview bijvoorbeeld). Je moet het alleen wel wíllen weten. Hier volstaat de stelling dat asielzoekers het probleem helemaal niet zijn. En dat ze precies dáárom het probleem zijn gemaakt.
Welke vraagstukken spelen mee in het migratiedebat? (klap uit)
Is het noodzakelijk arbeidsmigranten naar Nederland te halen? Wat is het alternatief? Hoe ziet onze economie eruit als er geen arbeidsmigranten meer bij komen? Is dat goed of slecht? Of moeten we sowieso minderen met alles vanwege het klimaat en is het goed dat we ook een stukje welvaart inleveren? Wie moet die welvaart inleveren? En heeft het kapitalisme het einde van de rek bereikt? Hebben we zelf genoeg jonge aanwas om straks onze kinderen én onze ouders te verzorgen, commerciële bedrijven overeind te houden en de ook nog eens alle cruciale en publieke functies in te vullen? Allemaal vragen die meespelen in zo’n debat.
Hoe kies je een zondebok?
Dit stuk gaat dieper in op de keuze voor de migrant als zondebok, en maakt een historische en antropologische analyse van hang naar zondebokpolitiek. Je kunt dit stuk overslaan en naar het hoofdargument gaan.
‘Rijkste Nederlanders wederom rijker’, ‘graaiflatie’, ‘bedrijven draaien recordwinsten door prijsverhogingen’, ‘aantal werkende armen neemt toe’, ‘kansenongelijkheid neemt toe’, het regent krantenkoppen waaruit dat de verhoudingen in Nederland steeds schever trekker. Vanwege de hoge energierekening zitten er mensen in de kou, kinderen wordt een schoolontbijt aangeboden, de voedselbanken buigen door, het aantal daklozen neemt toe. Vanwege de oorlog in Oekraïne zijn de energierekening en brandstof voor velen onbetaalbaar geworden. De bestaanszekerheid van de huishoudens met de laagste inkomens raakt in gevaar. Nederland heeft ‘echte problemen’. Woningnood. Verschraling van de sociale voorzieningen. Mensen die werken kunnen steeds slechter de eindjes aan elkaar knopen. En de rijken worden steeds rijker.

Je zou verwachten dat we op een punt zijn gekomen waarop de economisch angstigen bereid zijn de rijke elite aan te vallen. Maar dat gebeurt niet. Het ‘plebs’ kan het hen misschien allemaal kwalijk nemen, maar het ‘establishment’ is zeer goed in staat wraak te nemen. De rijke welgestelden zijn veel te machtig. Hoewel er steeds meer rancune is naar de linkse (of bestuurlijke, of zoals ze de laatste tijd steeds vaker genoemd worden ‘de culturele’) elite, draait het in hoofdzaak niet om hen (ook een ontwikkeling die tegen het licht gehouden mag worden, daarover gaat deel III). Toch kan die laatste club elitairen niet verantwoordelijk worden gehouden voor het beleid van rechtse kabinetten. En dus kom je terug op de rijke elite. Maar in plaats van díe aan te vallen, worden migranten en aangevallen, terwijl die vaak – als ze tot dezelfde economische klasse behoren – gebukt gaan onder dezelfde problemen als zijzelf. Waarom wordt de migrant dan de zondebok en niet de belastingontduikende rijke stinkerd in die grote villa?
“[M]igratie is in Nederland geleidelijk tot zondebok geworden, nadat daar eerst een taboe op rustte.” Prof. Dr. Leo Lucassen in Trouw.
Een bepalend kenmerk van de zondebok – en dit is belangrijk om te onthouden – is dat het een slachtoffer moet zijn die veilig kan worden aangevallen. Het is een machtig fenomeen. Eigenlijk een soort ventiel die de druk van de ketel haalt zonder dat er echte schade ontstaat. Of althans, niet schade die je zou willen voorkómen. Daarom kies je een machteloze groep slachtoffers, die niet voor zichzelf op kan komen, die zich niet organiseert, die niet terugslaat en waarvan je weet dat het geen represailles teweegbrengt. Er ontstaat geen kettingreactie van geweld, er komt geen wraak. Het is zonder consequenties. Als het lot van die groep je niet interesseert, althans. En helaas, dat is zo in Nederland. Dat zou je racisme kunnen noemen, maar dat begrip wil niemand meer begrijpen. Laten we het onverschilligheid over het lot van ‘de ander’ noemen dan. Misschien beklijft het dan wel.

Op iemand die geen wraak kan nemen,
kan je ongestraft je frustraties botvieren
De functie van de zondebok
Een ‘zondebok’ is niet slechts een woord of een uitdrukking, maar een eeuwenoud gebruik. Het is vooral bedoeld om ongeluk, ongezondheid of onmacht af te werpen en herboren of hernieuwd verder te kunnen, zonder de ballast van dat ongeluk of de zonde.
Lees hier een historische en antropologische analyse van zondebokken of zondebokpolitiek. Zeer aan te raden, want het maakt je in één klap duidelijk hoe het politieke spelletje wordt gespeeld en waarom we er zo vatbaar voor zijn. (klap uit)
De term zondebok dekt niet bepaald de lading die aan het fenomeen hangt. Het woord komt uit de Torah (of het Oude Testament); het werd voor het eerst gebruik in het boek van Leviticus (kijk vooral de video 👆, zeer toegankelijk, snel en makkelijk uitgelegd). Hoewel de meeste Nederlanders hun rug hebben toegekeerd naar religie, ligt het toch aan de basis van de normen en waarden en de Nederlandse cultuur. Daarom is het belangrijk om het wel te bespreken, en het te begrijpen.
Het gaat om de vergeving van je zonden door God, zonder daarbij jezelf te hoeven offeren. Het verhaal gaat om de verzoening van een schuldig volk met hun god: Op de Grote Verzoendag (Jom Kippoer) moest de hogepriester een offer brengen om het Heiligdom van God te mogen betreden. Hij nam daartoe twee geitenbokjes. Eén van de bokjes werd geofferd, het andere bokje werd beladen met de zonden van het volk en de woestijn in gestuurd. Zo waren de zonden van het volk verdwenen en kregen zij vergeving van God voor hun slechtheid. Het was een manier om weer sociale cohesie te creëren. Er werd stilgestaan bij de zonde, zonder een schuldige aan te hoeven wijzen.
Hoewel we de term overgenomen hebben van de Hebreeuwse Bijbel, gaat het hier niet (slechts) om een Bijbelse mythe. In zijn boek The Golden Bough geeft James Frazer (1854 – 1941) vele tientallen voorbeelden van dit gebruik onder vele verschillende volkeren, door de eeuwen heen. En niet alleen onder exotische ‘wilden’ zoals hij ze noemt, maar ook onder Europese volkeren. Mensen hebben blijkbaar altijd en overal de neiging om misfortuin en ongeluk weg te willen gooien. Vaak letterlijk, door het symbolisch over te brengen op een object dat vervolgens wordt weggegooid of vernietigd. Niet slechts in spirituele zin, maar vaak in heel praktische zin. Het is wat we hebben, het is iets tastbaars wat we kunnen doen, het maakt een eind maakt aan machteloosheid zonder dat het (nog meer) schade aanricht.
Centraal in onze (schijnbaar) menselijke natuur staat dat we dingen weg willen gooien waar we geen grip op hebben en dat je ongeluk, tegenslag of beperkingen over kunt brengen op iets anders. Een object. Of op iemand anders. Een ander mens. Of een groep mensen. Ook wij doen dat nog. Denk bijvoorbeeld aan het afkloppen van ongeluk aan ongelakt hout. Vanwege de wetenschap hebben we echter steeds minder behoefte aan bijgeloof en rituelen. Als we ziek zijn bijvoorbeeld, nemen we medicijnen. We kunnen veel verklaren. En toch is het ‘bijgeloof’ ook hier niet helemaal weg, zelfs niet in de medische wetenschap. Zo wordt steeds vaker gedacht dat voldoende beweging de patiënt wel zal bevrijden van onverklaarbare ziektes. Depressie kan je wegwandelen. Een burnout ook. ME. Long Covid. Alsof het lichaam de ziekte, door de energie die vrijkomt, weggooit. Precies zoals ze daar in vroeger tijden ook over dachten, alleen toen projecteerden ze hun ziekte in (bijvoorbeeld) een steen die ze weg konden gooien. Het gebruik is net iets anders (hoewel dat manifesteren tegenwoordig ook weer aan populariteit wint), de gedachte erachter dezelfde. De oorzaak kunnen we niet verklaren en dus is er behoefte het onverklaarbare weg te gooien.
We zondebokken vooral uit schuldgevoel. Of eigenlijk om ons niet schuldig te hoeven voelen. Klap uit om te lezen hoe dat werkt, waarom het werkt en waarom we het juíst doen in tijden van crisis en onrust.
In de antropologie is zondebokken (als werkwoord) of zondebokpolitiek een belangrijk studieonderwerp. Er bestaan verschillende theorieën over. Het werk van de filosoof Kenneth Burke vormt daarbij een belangrijk uitgangspunt. Het werk van Burke (geschreven ten tijde van de opkomst en ondergang van Hitler) is bijzonder interessant om te lezen, want veel is herkenbaar. Zijn theorie is dat mensen een zondebok nodig hebben zodat ze hun eigen schuld of medeplichtigheid niet hoeven in te zien. Door alle schuld op een onmachtige derde te leggen en die weg te sturen of zelfs te vernietigen, verdwijnt de eigen schuld of medeplichtigheid aan de situatie. De frustraties zijn botgevierd, de zonde is meegenomen door de zondebok, de samenleving kan weer helen.
In Nederland zou je deze theorie als volgt toe kunnen passen: Ongelijkheid en discriminatie zitten in ons DNA. Het is institutioneel, wijdverbreid en iedereen weet dat het gebeurt. Het is waarom de toeslagenaffaire kon gebeuren. Het was een jacht op mensen die bij voorbaat toch al verdacht waren, het was een breed gedeelde overtuiging. En ook toen politici schoorvoetend moesten toegeven dat er sprake was van institutioneel racisme, dat mensen kapot waren gemaakt door de overheid zelf – uit ons aller naam, dat kinderen bij hun ouders weg waren gehaald, dat het mensen tot zelfdoding had gedreven, het kabinet was gevallen en de wereld vol afschuw reageerde over zoveel onmenselijkheid … zelfs na dat alles kregen diezelfde partijen genoeg stemmen om opnieuw dezelfde coalitie te kunnen vormen en hun beleid voort te zetten.
Stemmen op dergelijke partijen, met de wetenschap dat ze zulke ernstige wandaden hebben begaan, het maakt je medeplichtig. Een ongemakkelijke werkelijkheid. ‘Er is geen alternatief,’ zeiden die kiezers. Maar dat was er wel. Alleen niet voor hen. Zij stemden op die partijen omdat ze daar zelf het meeste baat bij hadden, ook al zou dat kunnen leiden tot nog meer wandaden. En daar leidde het ook toe. Het onderdrukken van groepen die niet voor zichzelf op kunnen komen of niet voor ‘vol’ aan worden gezien, het was zelfs tijdens verkiezingstijd in volle gang. Het is wat ons verdeelde tijdens de coronacrisis. Dit is het land van de ‘hardwerkende Nederlander’. Of eigenlijk: de witte, werkende man en als ze geluk heeft, ook zijn vrouw (omdat haar arbeid nodig is voor de economische groei, niet omdat ze dezelfde status heeft). Niet het land van de chronische zieke arbeidsongeschikte, niet van ouderen, niet van de kinderen.
Nederland is het land van de gezonde arbeidspopulatie. De economie kreeg tijdens de coronacrisis de prioriteit, terwijl ook dat best anders had gekund. Bijna de hele wereld deed het anders en dat ontging echt helemaal niemand. We werden medeplichtig aan de onnodige ziekte en dood van onze naasten en omdat dat besef zo ontzettend knoert veel te hard is, zou je die schuld wel af willen leggen zónder dat onder ogen te hoeven zien. En dat doen we dan ook. Niemand heeft het er nog over. Alsof het nooit gebeurd is. De crisis is weg, corona is weg, alsof het niet gebeurd is. We herdenken de gestorvenen niet eens. Gewoon weg.
En inmiddels is dat kabinet ook weg en komt niet meer terug. Dat is overigens geen bijzonder verschijnsel, dat politieke partijen afgestraft worden na een crisis. Niet alleen vanwege hun eigen wanprestaties, maar omdat ze zo onze eigen zonden met zich meenemen. We zijn er van af, zonder de schuldvraag onder ogen te hoeven zien. Schone lei. En goddank, we zijn niet medeplichtig.
De zondebok is altijd onschuldig
“Sinds 2001 hebben pers en politiek de islam opgepoetst tot zo ongeveer de grootst denkbare bedreiging voor Nederland. Hele volksstammen van politici en opiniemakers danken er hun carrière aan.” Ewald Engelen in de Groene Amsterdammer
Al een aantal decennia gaat het er onophoudelijk over: Nederland heeft moeite met die buitenlanders die maar niet willen integreren. Gek is dat. Toen mensen als mijn moeder uit de voormalige kolonies kwamen, toen de vele arbeidsmigranten uit Turkije en Marokko kwamen, toen waren het vreemden, spraken een vreemde taal en zou je de angst wel kunnen begrijpen. Als je niet goed met elkaar kunt communiceren, je elkaars gebruiken en lichaamstaal niet begrijpt, dan ben je op je hoede. Dat is best een normaal verschijnsel. Je weet niet wat je op je hals haalt als je zo’n groep mensen tegen je in het harnas jaagt. De herrie over de mislukte multiculturele samenleving kwam dan ook pas nadat al die groepen al best goed geïntegreerd waren.
Tegenwoordig is mijn tandarts een voormalig vluchteling uit Irak, mijn neuroloog komt oorspronkelijk uit een Afrikaans land, de plaatsvervangend huisarts komt uit Afghanistan en de weekendapotheek wordt uitsluitend bemenst door jonge vrouwen met een hoofddoek. Respectabele functies, ze spreken foutloos Nederlands, ze hebben beroepen waar we zeer afhankelijk van zijn. In de bouw, in de gezondheidszorg, in het onderwijs, in de productie, logistiek, winkels, magazijnen, gemeenteraden, overheid, Tweede Kamer. Ze (of we moet ik eigenlijk zeggen) werken overal. Toch zijn ze (we) niet geïntegreerd. De schuld van alles wat mis is. En dat komt juist omdát de integratie geslaagd is. Voormalig migranten hebben hier een leven en net zoveel te verliezen als alle andere Nederlanders, ze vormen geen georganiseerde groep, niemand komt in opstand. Een veilige zondebok om je frustraties op bot te vieren.
Schuld op je nemen
Waarom hebben mensen de neiging een schuldige voor grote problematiek aan te wijzen en daarmee de werkelijkheid te ontlopen? Klap uit voor een uitgebreidere blik op dit fenomeen.
Als je nog niet bent afgehaakt uit pure boosheid en misgenoegen, sta je misschien open voor de denkbeelden van René Girard, die de meest invloedrijke visie op de zondebok heeft in de antropologie. Volgens Girard is de zondebok per definitie onschuldig. Of niet per se helemaal schoon van schuld, maar onschuldig genoeg en onmachtig genoeg om de schuld te kúnnen krijgen. Iemand, of een groep, die zich er niet tegen kan verzetten en die tegelijkertijd geen bedreiging vormt. Zijn werk is zeer omvangrijk en ik ontkom er niet aan om het drastisch te vereenvoudigen, maar heel kort zou je kunnen zeggen dat het om een ‘groep’ moet gaan, waarvan je weet dat ze de boel niet in chaos zullen storten.
Girard, zelf eigenlijk atheïst, zag in het christendom de mythe der mythen. Of de mythe die alle andere mythen overbodig maakte. Want het christendom draait om zelfopoffering. De kruisiging van Christus staat voor barmhartigheid en immense liefde. In de Bijbel wordt de Messias opgeofferd voor de zonden van het volk. Het was God Zelf die de zonden van het volk op Christus plaatste, zodat Christus de zonden weg zou voeren. Deze ‘mythe’ leert ons dat zonden ook verdwijnen door zelfopoffering, of de schuld zelf te dragen. Christus herrees uit de dood en werd onsterfelijk. Het was de ultieme verlossing van zonde. Dat is een voorbeeld voor gewone mensen: Het is niet nodig om je schuld op een ander te leggen om met een schone lei verder te kunnen. Een samenleving kan ook herboren worden door de schuldvraag onder ogen te zien, daar boete voor te doen en in vrede verder leven.
Waarom is het eigenlijk zo moeilijk om de schuld bij jezelf te zoeken? Of de echte problemen onder ogen te willen zien? Dat blijft de grote vraag. Waarom zou je jezelf opofferen, als er een zondebok is die het op zich kan nemen. Een zondebok is per definitie niet alleen onschuldig, maar het moet ook aannemelijk zijn dat hij schuldig zou kunnen zijn. Zo’n zondebok moet daarom niet teveel op je lijken. Er moeten genoeg verschillen zijn, waardoor je jezelf of de ander als anders kunt beschouwen. Iemand die schuldig zou kunnen zijn. Gooi daar een groot aantal crises bovenop die potentieel je wereld op z’n kop zouden kunnen zetten, een paar handige populisten en voilà, kom maar op met die zondebok.
Hier ligt ons probleem. Dit is racisme. Of als het specifiek tegen moslims gericht is islamofobie. Of othering. Discriminatie. Het aannemelijk vinden dat die ‘ander’ de schuldige is, ook al heeft die ander je niets misdaan. Of daar op zijn minst onverschillig tegenover staan. De mythe (of stereotypen) over die ander graag willen geloven, zodat je niet over de schuldvraag hoeft na te denken. En niet willen aanvaarden dat je het doet, omdat je diep van binnen weet dat je niets te duchten hebt van die ander. Anders had je het niet gedaan. Je had boos kunnen worden op de rijke elite (vertegenwoordigd door Yeşilgöz), op populistische politici (Wilders, Van der Plas) die de samenleving – die zo hard cohesie nodig heeft – nog verder uit elkaar willen drijven, op politici die onze relatie met de overheid overhoop schoppen (Omtzigt), waardoor de fundamenten van onze samenleving op instorten staan. Maar voor hen ligt de rode loper uit omdat ‘de oude politiek’ weg moet. Met hun vertrek uit het landsbestuur, gooien we ook onze eigen schuld weg. Dus hier met die zondebok.
De populistencoalitie kan niet zonder zondebok
De migrant heeft het gedaan. Niet de economische elite, niet de populisten die persoonlijke macht willen, niet wijzelf, niet de veranderende omstandigheden, niet de onzekerheid in de wereld, maar de migrant. De vluchteling. De moslim. De buitenlander. Als die nou eenmaal weg is, neemt hij al onze zonden mee. Op zijn hoofd, net zoals het geitenbokje. Zonder catastrofaal geweld. En daar is dus die migratiemythe goed voor. Dan kan je opnieuw beginnen, zonder schuld op je te nemen.
Maar wat nou als die mythe ontzenuwd wordt? Wat als journalisten eindelijk eens wakker worden en groots koppen dat die migratiecrisis helemaal niet bestaat? Als ze dat stug volhouden? Gewoon steeds de cijfers en de werkelijkheid rapporteren? Dan is de lijm tussen de formerende partijen weg en zijn er enkel nog verschillen. Want dan gaat het niet meer om de bespreking van welke zonden er op de kop van de bok gelegd moeten worden, maar moeten echte problemen opgelost worden. De VVD wil die schuldvraag niet. Omtzigt ook niet. Van der Plas wil alleen maar het ministerie van landbouw en verder niets. Geen van de formerende partijen heeft maar het begin van een antwoord op de echte problemen. Zonder zondebok gedijen ze niet. En ze willen en zullen macht, dus moet die zondebok hoe-dan-ook de schuldige blijven.
Als er nieuwe verkiezingen zouden komen, zouden Wilders en zijn knechten van de PVV meer dan 60 zetels binnenhalen, wordt er wel geroepen. Maar dat lijkt me volledig afhankelijk van de media en van de andere politici. Wie is de mythe der mythen en doorbreekt de migratiemythe? Wie durft de schuldvraag onder ogen te zien en zelf wat schuld op zich te nemen? Problemen worden niet opgelost. Na deze zondebok, moet er weer een nieuwe zondebok komen. En dat gaat tot in de oneindigheid door. Totdat je zelf een keer tot die groep behoort.
We worden allemaal een keer oud. Helaas voor ons doen we dat over niet al te lange tijd in te grote getalen tegelijk en zijn we allemaal ineens geen hardwerkende Nederlanders meer. De perfecte zondebok. Die grijze ‘ander’, die niet voor zichzelf op kan komen en waar je je frustraties ongestraft – zonder mogelijke consequenties – op kunt botvieren. Het is de oplossing die wij de jongere generaties leren. En dan is het wat zij hebben, iets tastbaars wat ze kunnen doen. (Die ontwikkeling is al ingezet trouwens, door ons eigen toedoen.) Niet te lang behandelen, want ’te hoge kosten’ en ‘geen handen aan het bed’. Moeten we maar niet zo oud worden. Díe zondebok moet dan ook weg, omdat het een eind maakt aan hun machteloosheid en zodat niemand zich schuldig hoeft te voelen. Oude mensen leveren toch niets op.
Een zondebok is handig en van alle tijden. Als je de echte problemen niet oplost, heb je altijd weer een nieuwe zondebok als bliksemafleider nodig, anders kookt het over. Als je zelf niet als zondebok wil eindigen, pak je de formerende partijen hún zondebak af.
Dit is deel II van III. Deel I lees je hier.
Ik ben antropoloog en schrijfster van de romans De Wil om te Doden, Moordjongens en Ana. Als antropoloog heb me gespecialiseerd in de problematiek rond kindsoldaten (peace/conflict, social movements, propaganda, extreme geweldpleging, herintegratie postconflict). In Sierra Leone was ik betrokken bij de bestrijding van ebola. Momenteel doe ik onderzoek naar de invloed van gedrag op de coronapandemie.